Bandenopslag

Dat zomerbanden bij winterse omstandigheden niet zo’n goed idee is, is wel bekend. Vanaf 7 graden boven nul hebben winterbanden al betere eigenschappen als zomerbanden. De winterbanden wissel je als het weer warmer wordt. Met winterbanden de zomer door kan wel maar ideaal is het niet. De band zal aanmerkelijk sneller slijten dan in de winter door de hogere temperaturen. Verder zal afhankelijk van de temperatuur de remweg toenemen met ongeveer 15 tot 30%.

Wij adviseren iedereen om hiervoor een minimale profieldiepte van 4 mm aan te houden en in veel landen is dit ook het minimum voor winterbanden. Winterbanden hebben een speciaal ontwikkeld profiel dat zich als het ware vastbijt in de sneeuw.
Deze specifieke eigenschap gaat verloren wanneer de profieldiepte minder dan 4 mm wordt. Dit betekent dat je met minder dan 4 mm profiel niet meer voldoet aan een doelmatige voertuiguitrusting bij winterse omstandigheden.

Neem altijd je veiligheid en die van je passagiers in acht, ga naar de kant van de weg en stop op een veilige plaats.

Trek de handrem aan.

Zet de auto in de laagste versnelling en zet de motor uit. Zet de knipperlichten aan.
Draag een geel veiligheidsvest
Plaats een gevarendriehoek langs de weg 100 meter achter de auto
Trek stevige handschoenen aan.
Als de bodem te zacht is, zou je krik daarin kunnen wegzakken, kijk om je heen of je een plank of steen ziet om je krik op te zetten
Plaats de krik (zie eventueel ook service handleiding van de auto)
Voordat je de krik helemaal omhoog draait is het raadzaam om de wielbouten iets los te draaien als het wiel nog iets contact heeft met het weggedeelte gaat dit veel gemakkelijker
Smeer indien mogelijk de schroefdraad van de tapeinden lichtjes om ze gemakkelijker te kunnen verwijderen (vaseline of zelfs handcrème kunnen in geval van nood ook dienen).
De teruggeplaatste band is misschien onvoldoende opgepompt, rijd dus niet te snel.
Ga naar het dichtstbijzijnde tankstation en pomp de band goed op.
Slecht aangedraaide wielmoeren kunnen de remschijven of het wielbevestiging systeem beschadigen.
Gebruik een momentsleutel om de moeren met het juiste aanhaalmoment aan te draaien.
Heb je geen momentsleutel of heb je de wielmoeren met de hand vastgezet, laat ze dan zo spoedig mogelijk door een bandenspecialist nakijken om zeker te zijn van het juiste aanhaalmoment.
Correct vastgezette wielmoeren zijn ook gemakkelijker te verwijderen.

Winterbanden wijken onder meer van zomerbanden af als het gaat om de samenstelling van het rubber. Normaal gesproken wordt rubber hard en stug bij lager wordende temperaturen. Winterbanden hebben een andere samenstelling van het rubber waardoor deze ook onder lagere temperaturen zacht en flexibel blijven en dus meer grip geven. Het profiel van een winterband is bovendien speciaal op winterse omstandigheden afgestemd, het heeft een zogenaamd ‘lossend’ effect waardoor het profiel weer vrij komt van de sneeuw. Tevens zorgt de winterband voor een snellere afvoer van water waardoor er ook geen problemen zijn met aquaplaning. Het comfort van de moderne hedendaagse winterband doet zeker niet onder voor de zomerband. Ze zijn net zo geruisloos.

Wat betekent bijvorobeeld de code 205/55 R 16 91W?
 205 staat voor de bandbreedte in mm
 55 verhouding van hoogte naar breedte in procenten
R code voor de bandenopbouw (R staat voor radiaal)
16 velgen doorsnee in inches
91 staat voor het draagvermogen van de band (hier 615 kg)
W Snelheidscodering:
V=tot 240 km/h, W=tot 270 km/h, ZR= over de 240 km/h
 

 8½Jx17H2


 8½ = velgbreedte in inches


 J = hoorncode 


 x = eendelig wiel


 17 = velgdiametercode in inches


 H2 = dubbele hump